PRRI-brief aan EU-instellingen over moderne biotechnologie, innovatie, governance en openbaar debat

FSN gebeurtenis “Agricultural innovatie en handelsovereenkomsten in een veranderend klimaat”.
November 24, 2019
FSN webinar “Landbouw, Wetenschap en de EU-strategieën van boer tot bord en biodiversiteit ”
Juli 3, 2020

Naar:

de voorzitter van de Europese Commissie, Mevrouw Ursula von der Leyen,

de voorzitter van het Europees Parlement, Mr David Sassoli.

de voorzitter van de Europese Raad, De heer. Charles Michel,

cc: de Europese commissarissen verantwoordelijk voor de Europese Green Deal;
Gezondheid en voedselveiligheid; Milieu; Landbouw; Handel; Innovatie,
Onderzoek, Cultuur, Onderwijs en jeugd.

 

Re: moderne biotechnologie – innovatie, governance en openbaar debat

 

11 Mei 2020

Beste mevrouw von der Leyen, De heer. Sassoli, en Mr. Michel,

 

Ik schrijf namens de stuurgroep van het Public Research and Regulation Initiative (PRRI), een wereldwijd initiatief van wetenschappers uit de publieke sector die actief zijn in de moderne biotechnologie voor het algemeen welzijn.

De Europese Green Deal, de Farm to Fork-strategie en andere beleidsverklaringen op EU-niveau erkennen dat de wereld voor de uitdaging staat om genoeg te produceren, voedzaam en veilig voedsel op een duurzame manier en onder escalerende ontwikkelingen zoals klimaatverandering, aantasting van het milieu, en de dynamiek van de wereldbevolking. Deze toch al zware taak zal nog worden verergerd door crises zoals pandemieën. COVID-19 herinnerde er sterk aan dat zelfs de perceptie van voedseltekorten tot sociale onrust leidt. Het wereldwijde rapport over voedselcrises 2020 illustreert de noodzaak om de lokale voedselzekerheid te versterken.

Deze uitdagingen vragen sterke innovatie, uitstekend bestuur en goed georganiseerd maatschappelijk debat.

  1. Sterke innovatie

Om de planeet te beschermen en te voeden, we hebben op veel gebieden innovatie nodig. De eerste Earth Summit (1992, Agenda 21) erkende al dat biotechnologie aanzienlijk kan bijdragen aan het welzijn van de mens en het milieu, en het Biodiversiteitsverdrag stelde dat biotechnologie essentieel is voor de doelstellingen van het Verdrag. Om die redenen wijden veel publieke onderzoekers in ontwikkelings- en ontwikkelde landen hun loopbaan aan biotechnologisch onderzoek. Met dit perspectief, het is absoluut noodzakelijk dat de EU een klimaat in stand houdt dat bevorderlijk is voor onderzoek en innovatie. We roepen de Europese Commissie op om dit te benadrukken in relevante beleidsdocumenten zoals de European Green Deal en de Farm to Fork-strategie.

  1. Uitstekend bestuur

PRRI ondersteunt sterk de evenwichtige benadering van moderne biotechnologie zoals vastgelegd in Agenda 21 en onderschreven in de daaropvolgende Wereldtop, wat kan worden samengevat als "het maximaliseren van de voordelen en het minimaliseren van potentiële risico's". Het maximaliseren van de voordelen van biotechnologie vereist toekomstgerichte onderzoeksbudgetten, en we prijzen de Commissie voor het erkennen van biotechnologie als een sleuteltechnologie in de EU R&D programmes. As regards minimising risks: bioveiligheidsregels stellen regeringen in staat om geïnformeerde beslissingen te nemen of organismen met nieuwe genetische combinaties onbedoelde effecten kunnen hebben die opwegen tegen de verwachte voordelen. De EU-wetgeving inzake genetisch gemodificeerde organismen (GGO's) functioneert nog maar een paar jaar effectief als instrument voor geïnformeerde besluitvorming, maar is geleidelijk aan vastgelopen als gevolg van gepolitiseerde besluitvorming, niet zelden met willekeurige verwijzing naar het voorzorgsbeginsel.

Om verdere stagnatie van belangrijk openbaar onderzoek en innovatie te voorkomen, wij raden de EU-instellingen en de EU-lidstaten aan het volgende te verzekeren:

  1. Evenredige differentiatie van wettelijke vereisten. We roepen de EU-instellingen en de lidstaten op om categorieën ggo's te identificeren waarvoor voldoende kennis beschikbaar is om die categorieën vrij te stellen van een deel van of alle regelgevingsvereisten. Bovendien, wij roepen de Commissie op om te onderzoeken op welke manieren bijlage I B van de richtlijn 2001/18 kan het beste worden bijgewerkt.
  2. Het aanpakken van onzekerheid over de status van organismen die zijn ontwikkeld door middel van nieuwe technieken.
    Wereldwijd worden nieuwe kweektechnieken besproken, omdat ze kunnen resulteren in organismen die niet te onderscheiden zijn van hun conventionele tegenhangers, wat de vraag oproept welke van die organismen onder de bioveiligheidsvoorschriften vallen. Het algemene beeld dat uit dit mondiale debat naar voren komt, is dat sommige van deze organismen onder de wettelijke definities vallen, terwijl anderen dat niet doen. Deze discussie is nog niet afgehandeld in de EU. Een 2018 uitspraak van het Hof van Justitie heeft tot veel onzekerheid geleid, en de Raad van de EU heeft de Commissie om een ​​studie verzocht over de status van organismen die zijn ontwikkeld met behulp van genomische technieken in het kader van het Unierecht. Verschillende interpretaties van definities van regelgeving hebben aanzienlijke negatieve gevolgen voor internationaal gezamenlijk onderzoek en handel. Daarom roepen we de EU-instellingen op om ervoor te zorgen dat de interpretatie, en indien nodig ook de tekst, van de EU-GGO-definitie is zoveel mogelijk afgestemd op de overeenkomstige definitie van het Bioveiligheidsprotocol, waarbij de EU partij is, samen met over 170 landen.
  3. Evidence-based en verantwoorde besluitvorming. We roepen de EU-instellingen en de lidstaten op om besluiten op dit gebied te baseren op gedegen wetenschap en bewijs. Het is daarbij belangrijk om bewust te blijven van de voorzorgsbenadering (Verklaring van Rio, 1992) is een hulpmiddel voor besluitvorming in gevallen waarin – Zoals de jurisprudentie van het HvJ en de richtsnoeren van het EC onderstrepen: wetenschappelijke risicobeoordeling heeft significante risico's en onzekerheden geïdentificeerd. Verder, verantwoorde besluitvorming vereist ook een beoordeling van de gevolgen van besluiten voor onderzoek en innovatie in ontwikkelingslanden.
  4. Goed georganiseerd maatschappelijk debat

Zoals de Europese Commissie heeft verklaard: in het belang van voedselzekerheid, geen enkele vorm van landbouw mag in Europa worden uitgesloten. Met andere woorden: de toekomst van de landbouw ligt niet in de keuze tussen een of andere technologie, maar in een combinatie van verschillende benaderingen, afgestemd op lokale behoeften en omgevingen. Hiervoor is ook een goed georganiseerd maatschappelijk debat nodig. We roepen de Commissie op om het grote publiek duidelijke informatie te geven over de uitdagingen bij de voedselproductie en mogelijke oplossingen. We moedigen het Europees Parlement aan om op feiten gebaseerde debatten te houden om de uitdagingen in de voedselproductie te bespreken, mogelijke oplossingen, de gevolgen van het wel en niet adopteren van bepaalde oplossingen, evenals de effecten van Europese beleidsmaatregelen en besluiten op ontwikkelingslanden.

We staan ​​klaar om verdere verduidelijking te geven en om te helpen met het bovenstaande

 

Zeer oprecht

 

In. Prof. Marc barrière Van Montagu, Voorzitter van het Public Research and Regulation Initiative,
World Food Prize Laureate 2013

 

De pdf-versie van de brief kan worden gedownload hier